Gerben Opheij
‘Ik maak vaak dingen mee die mensen in hun hele leven niet meemaken’
Gerben Opheij (53) woont sinds 2016 aan de Bergmolen. Hij is politieagent in Tilburg. “Mijn wieg stond in Erp,” vertelt Gerben. “Ik ben eigenlijk timmerman van beroep, maar werd op m’n achttiende al vrachtwagenchauffeur bij Goossens Meubelen. In 2000 ben ik getrouwd en in Breda gaan wonen. Het dagelijkse ritje Erp Breda brak me al snel op. Toen er een vacature was voor werken en leren bij de politie ben ik dat gaan doen. In 2001 ging ik daar aan de slag. Een leuke baan waar ik minder ver voor hoefde te reizen. Maar het dorp bleef trekken, de stad past me niet. Toen mijn vrouw in 2016 wilde scheiden, kocht ik dit huis. Destijds lag er alleen nog de fundering. Ik heb veel zelf gedaan van de keuken tot het leggen van de vloertegels.” Naast zijn enorme tv staat een nog nieuwe waterpas in de verpakking. “Ja, ik klus graag,” lacht hij. “Dat is echt een hobby.”
IK BEN NERGENS AAN OF BIJ
Vorige jaar verloor hij in een tijdsbestek van 30 uur zijn beide ouders aan corona. Zelf kreeg hij het ook voor de kiezen. “Ik lag vijf weken in de lappenmand, ik had een goede conditie maar was na twee traptreden ineens bekaf. Een pittig jaar,” kijkt hij terug. “Maar het gaat weer goed. Ik woon hier heerlijk, een lekker rustig dorp. Eigenlijk ken ik hier niemand, alleen een paar buren met wie ik af en toe aan de straat een praatje maak. Dat vind ik fijn en veel meer heb ik nu ook niet nodig. Ik werk veel, bovendien heb ik plannen om een garage te gaan bouwen, dus vervelen is er niet bij.” Sinds zijn scheiding woont hij alleen. “Ik heb geen kinderen en ben ook nergens aan of bij. Ik heb onregelmatige diensten en werk vaak ’s nachts, dan is het moeilijk om afspraken te maken. ‘Ik maak vaak dingen mee die mensen in hun hele leven niet meemaken’
VECHT- EN SCHIETPARTIJEN
Of dat ook geldt voor een vriendin? Ach we zien wel, ik heb geen haast en voel me zeker niet eenzaam. Ik ben vaak bij vrienden, klus links en rechts wat en werk soms ook nog bij Goossens in het magazijn.” Maar alleen is maar alleen, geeft hij toe. Ik krijg de 112-meldingen. Vecht- en schietpartijen en ernstige verkeersongelukken. Daardoor ben ik gemiddeld elke week wel een keer bij een sterfgeval. Zeker als er kinderen bij betrokken zijn, gaat je dat niet in de koude kleren zitten. Dan is het fijn wanneer je iemand hebt waarmee je kunt sparren. Maar het gaat, ik slaap prima. Ook als ze me bedreigen. Dat gebeurt tegenwoordig nu eenmaal. Er is niet veel respect meer voor de politie. Soms roepen ze weleens ‘Ik weet je te vinden’. Succes, zeg ik dan. Ik ben niet zo bang uitgevallen.”
Tekst & Foto: Mathieu Bosch.