Familie van Krieken
‘Wat ik eerst in een dag deed, doe ik nu in een hele week’
Bart was vlak na carnaval al flink verkouden, maar het begon eigenlijk allemaal op 12 maart. Toen werd Bert ziek en de maandag erop Ans. En even daarna moest ook zoon Jacky eraan geloven. Ze werden allemaal getroffen door het coronavirus. Ans, Bert en hun zonen Jacky en Bart wonen aan de Dorpsstraat op nummer 16, waar ze ook het schapenbedrijf runnen. Ans en Bert hebben ook nog drie dochters die niet meer thuis wonen; Arianne, Jacqueline en Hilde. Hoe ze het coronavirus hebben opgelopen is nog altijd onduidelijk. Misschien had Bart het onder de leden, toen hij zo hoestte net na carnaval. Of misschien was het die zuster wel, die zo nieste, toen Ans en Bert op 10 maart in het ziekenhuis waren voor een afspraak over de heupoperatie van Bert. Die overigens is uitgesteld vanwege de coronamaatregelen. Wie zal het zeggen…
GE WIT HET TOCH NIE
“Het gû nou wel wir,” begint Ans, “ons Jacky is sinds zo’n anderhalve week weer aan het werk, die had geen koorts, maar moest wel veel overgeven. Hij is wel 12 kilo afgevallen. Bert had wel flinke koorts, het duurde ook wat langer voordat hij daarvan af was. Ik zelf was vooral gruwelijk moe en kortademig. In het begin kwam ik alleen uit bed om wat te drinken of naar de wc te gaan. We hebben verschillende keren contact gehad met de dokter en toen is er ook wel gesproken over een ziekenhuisopname, maar gelukkig hoefde dat uiteindelijk niet en kon ik thuisblijven.” Bang is Ans niet geweest. “Ge kekt ut maar aon, ge wit ut toch nie…” redeneert ze nuchter. “Nog steeds moet ik rustig aan doen. Wat ik eerst in een dag deed, verdeel ik nu over een hele week. Alles op zijn tijd, al valt dat niet altijd mee.”
HANDEN VOL
Zoon Bart had de afgelopen weken zijn handen vol. Behalve het draaiende houden van het bedrijf met zo’n 400 fokschapen, wat hij normaal met zijn broer Jacky doet, moest hij ook zorgen voor de zieken. “Ons Bart zorgde voor een kopje bouillon, wat water met suiker ’s middags en kookte.” In de weekenden was er hulp van dochter Jacqueline. “Ons Jacqueline heeft in de kraam gewerkt en heeft haar kostuum van zolder gehaald, witte jas, mondkapje voor, handschoenen aan… gelukkig had ze alles nog in huis.”
ZORGEN
Ook Bart is erg nuchter; “Bang ben ik nooit echt geweest. Tuurlijk prakkeseer je er wel over, maar het scheelt dat ik ze elke dag meerdere keren zie. Wat dat betreft was het voor mijn zussen lastiger denk ik, die konden alleen maar bellen en appen. Druk was het wel, maar gelukkig is het scheren nog niet vol aan de gang en kreeg ik hulp van mijn neefjes op de boerderij en ons Jacqueline in huis. En veel andere mensen zeiden ook: als er iets is, dan bel maar. We hebben ontzettend veel bloemen en kaartjes gekregen, dat waarderen we, en zeker ons pap en mam, enorm.”
Tekst: Cindy van Haaren. Foto: Wim Roefs.