Rudo van Pinxteren
‘In wezen ben ik redelijk standvastig’
De 51-jarige Rudo heeft gedurende zijn hele leven bijna zonder uitzondering in dezelfde sfeervolle boerderij aan de Dorpsstraat 76 gewoond. Hoewel hij af en toe van voorhuis naar achterhuis verhuisde en weer terug, bleef het adres onveranderd. “Mijn ouders kochten de boerderij van Piet Gevers, waar ons pap de stal omtoverde tot een comfortabel woonhuis. Gedurende al die tijd woonden wij in het voorhuis, waar ik zelfs nog in de bedstee sliep. Zelfs toen het achterhuis klaar was en we daar introkken, werden elke winter de meubels en keukengerei weer naar het voorhuis verplaatst, dat gemakkelijker te verwarmen was dan het grote achterhuis. In mijn jeugdjaren heeft ook ons oma een tijdje in het voorhuis gewoond. Toen zij verhuisde naar een bejaardenwoning, trokken mijn vriendin Debby en ik in het voorhuis. Jaren later kochten we de boerderij en wisselden opnieuw van plek. Ons pap was inmiddels overleden, en ons mam vestigde zich in het voorhuis. Wij namen onze intrek in het achterhuis, waar we enkele aanpassingen deden, zoals een nieuwe vloer en keuken, maar de essentie van het huis is ruim vijftig jaar oud. Onze kinderen Peet (14) en Puk (12) zijn hier geboren.”
ACHT LITER MELK
Rudo koestert fijne herinneringen aan zijn jeugd. “Ik sprak regelmatig af met vriendjes, maar bracht ook veel tijd door met de buurjongens van Sigmans en Van de Boom. Afspraken werden eigenlijk zelden gemaakt; je liep gewoon bij elkaar binnen en er was altijd wel iemand die zin had om mee te doen. En regelmatig leenden we gereedschap bij de buren als we het zelf niet hadden. Ook bij Hein en Christa, die rechts van ons woonden, kwam ik wekelijks over de vloer maar dan om melk te halen. Maar liefst 8 liter per week waar ons mam dan onder andere yoghurt, pudding en pannenkoeken van maakte!” vertelt Rudo.
PROEFRIT
“In wezen ben ik redelijk standvastig. Mijn hele leven woon ik al in hetzelfde huis, heb ik al meer dan 45 jaar dezelfde vriendengroep, ben ik al 27 jaar samen met dezelfde vrouw – die ik natúúrlijk bij Lunenburg heb ontmoet – en ik beoefen al meer dan 30 jaar met passie hetzelfde beroep en ben bijna net zolang de trotse eigenaar van een eigen autobedrijf”, vertelt Rudo. Een ondernemer in hart en nieren. Al van jongs af aan was Rudo aan het sleutelen aan brommers, eerst alleen die van zichzelf maar later ook van dorpsgenoten. De brommers werden auto’s en op z’n 21e waagde Rudo zich aan het ondernemerschap. “Na negen jaar een pand te hebben gehuurd in Heesch, besloot ik dat het tijd was om te investeren. Zo belandde ik op de Euterpalaan in Oss waar mijn bedrijf nog steeds gevestigd is. Hoewel we ook auto’s repareren, ligt onze kernactiviteit met name bij de verkoop van jonge auto’s. En daar gaat het ook wel eens mis. In de afgelopen 30 jaar is het drie keer voorgekomen dat een auto na een proefrit niet meer terug werd gebracht. De laatste keer is de gestolen auto na een paar maanden toch nog teruggekomen. De dader was bekend bij de politie en na grondig onderzoek werd hij, en gelukkig ook de auto, terug gevonden in zijn geboorteland Spanje. Het mooie was dat ik de auto terugkreeg met vier gloednieuwe velgen eronder.“
PASSIE VOOR GESCHIEDENIS
Rudo is een echte natuurliefhebber en maakt dan ook een aantal keren per week een wandeling rondom Loosbroek. Vaak in zijn eentje, maar soms ook in het gezelschap van een vriend. “Dat is goed voor die rug van mij, maar het is ook gewoon genieten”. Naast wandelen kan Rudo ook volledig tot rust komen met een boeiend boek, bij voorkeur eentje over geschiedenis. “Mijn passie voor geschiedenis vertaalt zich ook naar de museumbezoekjes tijdens weekendjes weg. Soms met vrienden, maar ik trek er ook wel eens in mijn eentje met de motor op uit. Dan rij ik bijvoorbeeld naar Frankrijk, België of Duitsland en tour daar wat rond en bezoek musea. Maar ik ben ook een actief lid van motorclub De Bernracers. Tien jaar lang heb ik deelgenomen aan circuitdagen en wedstrijden maar daar ben ik nu toch echt te oud voor”, sluit Rudo af.
Tekst en foto’s: Miriam van Dijk